Hoe lekker blijft het kraanwater als het aan Chemours ligt?
Ik ben geboren in Schiedam in 1971. Een paar jaar voor de oliecrisis zat Nederland toen nog volop in de jaren van economische groei. Op dat moment was de zorg voor ons milieu nog van secundair belang. Na een paar maanden verhuisde ons gezinnetje naar Breda. Een grotere woning, een bosrijke omgeving nabij én de mogelijkheid om met mooi weer gewoon je ramen open te zetten. Dit zonder daarbij direct door de industriële stank gedwongen te worden deze direct weer te sluiten.
Dat die vaak zo indringend aanwezige luchtvervuiling één van de belangrijkste redenen was van de verhuizing ging uiteraard nog helemaal aan mij voorbij. Wel weet ik nog maar al te goed dat je in Breda, als je dorst had, gerust een slokje water uit de kraan kon nemen. Op familiebezoek bij mijn oma in Rotterdam kon dat dus niet. Alhoewel, het kón wel, maar dat water was in het midden van de jaren zeventig nog niet te drinken. Zo overheersend was de smaak van chemicaliën in de strijd door de drinkwaterbedrijven tegen de vervuiling.
In die strijd leveren onze drinkwaterbedrijven ondertussen topprestaties. Het Nederlandse drinkwater uit de kraan is nu van dergelijke kwaliteit dat de flesjes met blauwe etiketten uit de supermarkt dit niet meer weten te overtreffen. Dat succes heeft misschien wel als keerzijde dat we ons nauwelijks nog bewust zijn de kwetsbaarheid van ons drinkwater uit de kraan.
Het waterschap en hun strijd tegen GenX
Eén van de grotere gevaren in de strijd voor schoon drinkwater heet GenX. Dit wordt geproduceerd door het Dordtse chemiebedrijf Chemours. Het wordt gebruikt bij de productie van teflon, verpakkingsmaterialen en blusschuim. Drinkwaterbedrijf Oasen gaat de strijd aan, maar het heeft de rechtbank in Den Haag daarbij nog niet aan zijn kant.
De meningen over de gevaren van GenX zijn verdeeld. Volgens Chemours is GenX het resultaat van een duurzame technologie die uiterst gecontroleerd is, waardoor verspreiding van schadelijke stoffen en blootstelling hieraan sterk gereduceerd wordt. Er zijn echter ook geluiden die een stuk minder positief klinken.
Het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) adviseert omwonenden van Chemours niets meer te eten uit eigen tuin, omdat de grond mogelijk vervuild is. Volgens het RIVM is het ook een serieus probleem dat er nog steeds onvoldoende informatie is over de opname door vissen van GenX-stoffen. Alleen Chemours kan deze aanleveren en het RIVM én de provincie Zuid-Holland eisen meer duidelijkheid.
Serieus te nemen waarschuwingen van het RIVM
Ondanks die ontbrekende informatie publiceerde het RIVM dit voorjaar toch een advies over de risico’s van de productie van GenX. Dat wijkt sterk af van het rooskleurige beeld dat Chemours over de risico’s van GenX publiceert. Zo stelt het RIVM dat er, door het ontbreken van voldoende informatie, onzekerheid is over de ‘humane risicogrens’ en de daarmee verbonden voedselketen. Dit heeft weer directe gevolgen voor de risico’s voor het drinkwater, oppervlaktewater en moestuingewassen.
De rechter lijkt niet erg onder de indruk van de kritiek en de waarschuwingen die het RIVM en de provincie leveren op Chemours. Het lijkt er op dat het ontbreken van de juiste informatie, veroorzaakt door Chemours zelf, zo het Dordtse chemiebedrijf voordeel oplevert. De rechter stelt namelijk dat er onvoldoende is aangetoond dat GenX schadelijk is en volgens het RIVM kan dit niet zo lang Chemours niet alle gevraagde resultaten oplevert.
De lijdende partijen hierin lijken mens, dier en, vooral ook, milieu te zijn. De kans is groot dat in de komende tijd een slokje water nemen uit de kraan niet direct een vieze smaak in de mond op zal leveren. Ondertussen vragen natuur en milieu wél om meer bescherming en vooral ook meer duidelijkheid en de verplichting van verantwoordelijke partijen om alle benodigde informatie te genereren én te publiceren. Alleen op die manier kunnen we ook in de toekomst trots blijven op ons lekkere kraanwater.
© 2024 www.prepshop.nl